[Eng.], m. (-s), gezel, genoot; m.n. in Engeland en Amerika:
1. lid van een (wetenschappelijke) vereniging of een genootschap;
2. lid van een college of dergelijke gemeenschap van wetenschapsbeoefenaars aan de Engelse universiteiten van Cambridge, Oxford en Trinity, Dublin.
Een fellow ontvangt inkomsten uit het vermogen van het ‘college’ of de stichting. Tevens is hij medebestuurder van het lichaam waarvan hij lid is. De fellow woont in de collegegebouwen en geniet er vrije tafel. Daarnaast kent men ook zgn. honorary fellowships, m.n. van wetenschappelijke gezelschappen.