Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Dentaal

betekenis & definitie

[Lat. deus, tand], v./m. (-talen), term uit de fonetiek voor een consonant waarvan de articulatieplaats is gelegen op het deel van het harde gehemelte direct achter de tanden.

Het is nodig binnen de klasse van de dentalen nader onderscheid te maken tussen dentalen en interdentalen, alveolaren en postalveolaren, waarbij de articulatieplaats zich steeds iets verder verwijdert van de tanden. Daar bij deze drie soorten consonanten òf de tongpunt òf het tongblad betrokken kan zijn, kan men zes klassen dentalen onderscheiden. Volgens de taalkundige P.Ladefoged spelen echter in geen enkele taal meer dan drie van deze klassen een rol. consonant.

LITT. P.Ladefoged, Preliminaries to linguistic phonetics (1971; hoofdstuk 5).

< >