Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2019

Badge

betekenis & definitie

[Eng.], m. (-s), heraldische doorgaans naturalistisch uitgevoerde figuur, die (vooral in Engelstalige landen) naast een wapenschild wordt gevoerd, oorspronkelijk om aan het in een familie algemeen gebruikte familiewapen een persoonlijk embleem toe te voegen.

Het embleem werd veelal aangenomen ter gelegenheid van gedenkwaardige gebeurtenissen. Ook hadden zij wel het karakter van een sprekend wapen door op rebusachtige wijze een naam te vertolken. Bekend is vooral de witte resp. rode roos uit de 15e-eeuwse Rozenoorlog tussen York en Lancaster. De distel, als embleem van Schotland, behoort in het Verenigd Koninkrijk tot de badges van het koninklijk huis. De hand, oorspronkelijk de badge van de baronets van Ulster, heeft zich zelfs ontwikkeld tot embleem van een der Noordierse verzetsgroepen in de tweede helft van de 20e eeuw. In Nederland en België is de badge vrijwel onbekend; het geslacht van de Brederodes kende een zwijnskop boven brandende lauriertakken. De inwoners van Dokkum hebben een garnaal (hun traditionele spotnaam) tot badge verheven en als bekroning op de stok van de gemeentebanier (zie gemeentevlag) geplaatst.

De naam badge wordt thans ook gegeven aan Badge vooral militaire Badge baretgespen e.a., waarop het embleem voorkomt. In de sportwereld worden de op kledingstukken genaaide verenigingsemblemen, nationale, provinciale en gemeentelijke vlaggen en wapens ook badges genoemd.

< >