Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-01-2019

Aval

betekenis & definitie

[Fr. d, tot, valoir, waarde], o., borgtocht tot verzekering van de betaling van een wissel (Nederland: artt. 129-131, WvK; België: wet van 10.8.1953, artt. 30-32).

Een bepaalde vorm is voor het aangaan van aval niet vereist. Het kan worden uitgedrukt door de woorden ‘goed voor aval’ met handtekening op de voorzijde van de wissel. Het kan echter ook gesteld worden bij een afzonderlijk geschrift. Men kan aval geven voor alle schuldenaren uit het papier of voor een of meer hunner. De avalgever kan zich stellen voor het gehele bedrag van wissel, orderbriefje of cheque, of slechts voor een gedeelte daarvan.

< >