Derde en laatste fase van de middeleeuwen, lopende van ca. 1250 tot ca. 1500 AD.
Door het wegvallen van grafelijk gezag komt modern territoriaal grafelijk bestuur in Fryslân niet tot ontwikkeling. Fries zelfbestuur de facto al sinds ca. 1250. Vetes en zelfs kleine oorlogen tussen de hoofdelingengeslachten. Honderden toren- en zaalstinzen (& stins) verrijzen, waarvan een deel later wordt uitgebreid en/of omgebouwd tot een state. Opkomst van de steden, de eerste vlekken en verkeer over de binnenwateren. Inpolderingen o.a. van de Middelzee. Sinds de late 12e eeuw door bodemdaling problemen met de waterhuishouding in de eerst ontgonnen veengebieden (& ontginningen). Volgens de (landelijke) archeologische tijdschaal startten de late middeleeuwen rond 1050, doch deze indeling gaat voorbij aan het geheel eigen karakter van de periode 900-1250 (& Volle Middeleeuwen).