NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Heeres, joannes gerardus

betekenis & definitie

HEERES (Joannes Gerardus), geb. te Sappemeer 15 Aug. 1835, overl. te Bunnik 28 Oct. 1896. Aanvankelijk als onderwijzer te Sappemeer werkzaam, studeerde hij te Oldenzaal, daarna philosophie te Kuilenburg, theologie te Rijsenburg, werd 10 Aug. 1862 priester gewijd, was achtereenvolgens kapelaan te Uithuizen, Sensmeer en Doetinchem, daarna in 1871 bij pastoor Spitzen te Zwolle, waar hij met pastoor Roelofs in Juli 1872 de stichter werd van de Nieuwe IJselbode, met medewerking van de pastoors Nieuwenhuis te Kampen en Vinke te Jselmuiden.

In Sept. 1872 werd hij rector van het Pius-gesticht te Amsterdam, en mede-hoofdredacteur van het dagbl. de Tijd, waarin hij streed tegen de liberale schoolwetpolitiek en op de noodzakelijkheid van protestantsche hulp in den schoolstrijd wees. Van 22 Dec. 1866 tot 1870 medewerker aan de Kerkelijke Courant, Ned. Kath. Stemmen, schreef hij van 1869 tot Juli 1872 in Het Huisgezin en in het Dompertje. Na zijn aftreden als redacteur van de Tijd werd hij pastoor te Blaricum op 7 Oct. 1881.3 Mei 1889 werd hij pastoor te Bunnik, waar hij het kerkhof vergrootte en een r.k. bijz. school stichtte, geopend 1 Oct. 1895.Behalve artikelen in de Wachter schreef hij: Vijf weken op reis naar Rome (Arnh. 1869); Bijbelsche Geschiedenis voorhetKath. Nederlandsche Volkmetpl. van G. Doré ('s Hertogenb. 1875-1878; een kleinere uitgave van dit werk verscheen te Vucht 1887); De eerste Kerkelijke Statie in de Groningsche Veenkolonie in Archief Aartsb. Utr. X (1882) 41.

Rientjes

< >