NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Eringa, jan piers

betekenis & definitie

ERINGA (Jan Piers), landbouwer te Edens, een der voormannen van hetfriesche Réveil; geb. 26 Mei 1792 te Edens, overl. 28 Jan. 1872. Onder invloed van zijn vrouw, Trijntje Ulbes Hieminga, tijdens een ernstige ziekte tot bekeering gekomen, werd hij een uitnemend kenner der gereformeerde leer en was daardoor van grooten invloed op zijn omgeving, zoodat Edens en Spannum voortaan rechtzinnige predikanten kregen.

Hij woonde in 1848 met Ds. Felix te Longerhouw de vergadering van predikanten bij in het Odéon te Amsterdam, die van grooten invloed is geweest op de Ned.-Herv. Kerk. Hij schreef: Levensbeschrijving van Pieter Oeges Garda (Heeg 1858) en verschillende opstellen in het Kerkelijk Maandblad en Weekblad derProv. Vereeniging der Waarheidsvrienden in Friesland. Zijn vurige wensch was, dat één zijner kleinzonen predikant werd. In plaats van één, zijn er vier in de evangeliebediening werkzaam.Zie zijn levensbeschrijving in het friesche tijdschrift Yn üs eigen Tael 1910, 65-76.

Wumkes

< >