NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Elichman, dr. johan

betekenis & definitie

ELICHMAN (Dr. Johan), ookElisman ofHeylichman, geb. inSilezië± 1600, gest. te Leiden 18 Aug. 1639, woonde wellicht aanvankelijk te Amsterdam.

Tot zijne vrienden behoorden Is. Beeckman en Descartes, welken laatste hij in 1630 te Amsterdam in kennis bracht met Vop. Plempius. Spoedig vindt men hem echter te Leiden, waar hij 18 Mrt. 1631 als stud. ling. Arab. en 23 Dec. 1633 als Dr. med. is ingeschreven. Blijkens een ongedrukten brief van Reneri aan Corn.

Boot van 5 Juni 1633 (Gem. arch. Utrecht) had hij den eersten verschillende geheimen op medisch gebied medegedeeld ‘fide et pacto expresso silentii’. E. behandelde Daniël Heinsius en genas in 1634 den door andere geneesheeren opgegeven Salmasius door een soort pillen ‘extraictes d'eau de Spa’, waaromtrent nadere bijzonderheden te vinden zijn inThomae Bartholini Epistolae (Hafniae 1663) 2enOlai Wormii Epistolae II (Hafniae 1751) 653, 54. Salmasius noemt hem mede ‘chymiste, ou il sgait de merveilleux secrets’. Ook als taalgeleerde werd hij bekend. Men zegt, dat hij zestien talen verstond: volgens Salmasius sprak hij het arabisch als zijn moedertaal en was zoo ervaren in het perzisch, dat hem in Europa niemand nog had geëvenaard en dit misschien ook nimmer zou doen.

Nadat hij in Oct. 1634 was vertrokken naar Denemarken en de Levant wilde bezoeken, wenschte deze hem in Febr. 1635 vandaar te verbinden aan Frang. Aug. de Thou, die in ambassade ging naar Constantinopel, een plan, waarvan echter niets kwam; in Mrt. en April 1635 bevond E. zich nog bij Ol. Wormius voor de studie van het gothisch. Hij was Mei 1635 weder te Amsterdam en deed zich 24 Aug. 1635 wederom aan de leidsche hoogeschool inschrijven. Hij ondertrouwde te Leiden 12 Aug. 1637 (getr. 1 Sept.), wonende op de Papengracht, met de tweede van de zeven dochters, gesproten uit het 25 Apr. 1600 te Leiden gesloten huwelijk van Christoffel Dircksz. van Nieuwenhoven, zijdekoopman, later schepen, vroedschap, raad, burgemeester, gecommitteerde ter amsterdamsche admiraliteit voor Leiden (begr. 16 Juli 1632) en Maria Florysdr. van Stoppenburch (begr. 24 Oct. 1625), nl. Machteld, wonende op de Breestraat.

Hij is wel verward met zijn ambtgenoot Johan Eleman (1) (kol. 799). Zie over zijn dood een brief van A.M.Schuurman, Opuscula (1648) 192en Th. Bartholini Epp. 13, 16; over zijne bibliotheek met 300 o.a. ijslandsche, arabische en perzische hss. en den daarvan omstr. Pinkst eren 1640 verschenen auctiecatalogus O. Wormii Epp. 662, 664, 665, 670. In briefwisseling stond E. ook metG.J. Vossius (Epp. (1691) 323, 327; II, 179). Hij gaf zelf niets in het licht dan een werk De usu linguae Arabicae in medicina (Jena 1636). Joh. van Beverwijck publiceerde in zijn De Vitae terminis pars tertia et ultima (Lugd. Bat. 1639) een onvoltooiden brief van E. over dat onderwerp ‘ex mente et monumentis Arabum et Persarum contracta’, terwijl Salmasius eene door E. voorbereide uitgave der Tabula Cebetis, Graece, Arabice, Latine; item aurea carmina Pythagorae voegde bij zijn Simplicii commentarius in Enchiridion Epecteti (Lugd. Bat. 1640).

Zie voorts: A. Thysii, Oratio in ob. Dan. Heinsii 37; Salmasii Epp. (1656) 108-9; Burman, Sylloge II, 598; III, 84; V, 449; Vossii Epp. (1691) 151,212, 293; Ol. Wormii Epp. (1751) 163, 164, 167, 324, 335, 337, 548, 549, 612, 644, 646, 653, 654, 656, 661,663-65, 668, 982. Lettres de Peiresc III (Paris 1892) 614; Oeuvres de Descartes XII (Par. 1910) 108.

de Waard

< >