DIJK (Johannes Adrianus van), hoofd eener openb. lagere school te Leiden en directeur der normaalschool voor onderw. ald., 12 Jan. 1830 te 's Gravenhage geb. en 10 Oct. 1908 te Amsterdam overleden.
Hij schreef een Ned. Spraakkunst voorinrichtingen van Middelb. en Lager Onderwijs. Naar de handleiding en met een voorbericht van H. Kern (1865; 3de dr. 1876), verschillende andere taalen leesboekjes voorde jeugd en leverde een menigte bijdragen in de Taalgids, welk tijdschrift hij met L.A. te Winkel van 1862-66 redigeerde (vóór hem was A. de Jager mederedacteur geweest). Ook zag van zijne hand het licht: Het eeuwfeest van het Genootsch. ‘Mathesis Scientiarum GenitriX. Een toespraak (1885).
Zie: Leidsch Jaarboekje 1909.
Zuidema EBERSTEIN (Philipp graaf van), geb. 1523, overl. 1589. Zijne ouders waren Wilhelm en Jo hanna, dochter van Philipp, graaf van Hanau in
Ligtenberg.Hijis tweemaal gehuwd geweest, 1o. met Johanna van
Bailleul, overl. in 1565; 2o. met Catharina, dochter van Ludwig graaf van Stolberg, Konigstein enRochefort,en van Walpurgis, dochter van
Johann, graaf van Wied. Zijne kinderen waren: 1o. Sibylla gehuwd met Johannes graaf van Bronkhorst en Gronsield; 2o. Johanna; deze huwde 1o. met Eitel Friedrich, graaf van Hohenzollern, 2o. metGeorg, graaf van
Köningseck; 3o. Felicitas; 4o. Maria, gehuwd met Christophorus, heer van Wolkensteyn.
De graaf van Eberstein was kolonel van een regiment hoogduitsche troepen, uit de omstreken van Frankfort a.d. Main afkomstig; een deel van het regiment lag van eind Juli 1567-12 Juli 1568 te Valenciennes in garnizoen. Hij was de eerste militaire gouverneur van de stad Maastricht; 5 Juli 1567 legde hij den eed van getrouwheid af aan beide heeren van de stad, zijnde den hertog van Brabant (Philips II) en den bisschop van Luik. Deze plechtigheid vond plaats in de proostdij van Sint Servaes. Gedurende zijn verblijf in Maastricht hadden zijne troepen voortdurend met geldgebrek te kampen, ook werden zij van spaansche zijde niet vertrouwd, daar zij door overeenkomst van taal met de burgerij konden verkeeren, terwijl er onder hen verschillende aanhangers van de herhervorming waren. 7 Juni 1568 vertrok hij met zijne troepen uit Maastricht; in Augustus van dat jaar vereenigde hij zijn regiment te Thionville met de uit het Zuiden oprukkende krijgsmacht van den hertog van Alva.
Zie: Johan Hübners Geslachtsrekenkundige tafelen; Correspondance du Cardinalde Granvelle II, III; MémoiresAnonymesparJ B. BIaes; Raadsnotulen 47 (Gemeente-archief Maastricht).
Dyserinck
