NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Dam, daniel van

betekenis & definitie

DAM (Daniel van), Dammius, zoon van Ti do Daniël van Dam, laatstelijk predikant te Bafloo en Rasquert, geb. te Witmarsum in 1594, alwaar zijn vader destijds predikant was, overl. te Leiden 12 Juni 1641. Hij studeerde te Franeker (ingeschr. 15 Mei 1613), verkreeg daar 20 Augustus 1621 den graad van Magister artium na reeds tot Doctor in de rechten bevorderd te zijn.

< >