BUTZEEL (Mr. Gerrit), vermoedelijk ‘protochirurg’ van Nijmegen.
Van hem hoort men 't eerst in 1420, toen hij op een loon van vijf alde schilden 's jaars, extra kleeding en een flesch wijn, op de ‘hoechtijden’ (Paschen, Pinksteren, Maria Hemelvaarten Kerstmis), tot stadschirurg benoemd werd; veldtochten werden extra vergoed; voor vijf expedities van enkele dagen duur kreeg hij in 1420 18 gl. 15 meeuwen. 't Laatst vernemen wij van hem in 1429, toen zijn jaarwedde de som van 8 rh. guld. 's jaars bedroeg.
Zie: v. Schevichaven, De geneeskunst in Oud-Nymegen in Prov. Geldersche en Niimeegsche Courant, 22 en 23 Jan. 1899.
A. Geyl