NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Alting, daniël

betekenis & definitie

ALTING (Daniël), geb. te Heidelberg 20 Sept. 1575, overl. 27 Jan. 1618 te Emden, was een zoon van Menso Alting (3) en Maria Bischoff, en een broer van den bekenden groninger hoogleer-

aar Hendrik. 25 Sept. 1593 werd hij, als ‘Emdanus’ (omdat zijn vader daar destijds predikant was) in het Album Academicum te Leiden ingeschreven. Genomineerd door Dordrecht, vond hij toen tevens opneming in het Staten-College aldaar. Een sieraad daarvan is hij zeker niet geweest. Met een drietal anderen had hij de leiding in het bekende oproer, dat in 1594 in het College plaats greep, en door Schotel uitvoerig is beschreven. In zijn carrière heeft hem dat intusschen niet gehinderd. Hij stierf als burgemeester van Emden, welke betrekking hij van 1610 af heeft bekleed, na eerst reeds - sedert 1603 - secretaris dier stad te zijn geweest.

Tweemaal is hij gehuwd geweest. Eerst, 2 Oct. 1597, met Lucia Arceria, een dochter van professor Joh. Arcerius; nadat deze (17 Mei 1602) gestorven was, 23 Febr. 1606 met Id a de Wartum. Uitzijn eerste huwelijk heeft hij een dochter, Maria, gehad, geb. in 1600, gest. 11 Aug. 1612.

Zie: AlgemeenNederlandschFamilieblad 1886, 11; G.D.J. Schotel, Een Studenten-oproerin 1594 (Leiden 1867) 70, 80 v.v. van Schelven

< >