Boerderijen. De meeste oude boerderijen in het dorp zijn van het type hallenhuisboerderij met langsdeel.
In de kern 17de-eeuws is de boerderij Klooster 17-19 met onderschoer. Het interieur bevat een houten latei met het jaartal ‘1679’, enkele bedstedewanden en twee 19de-eeuwse schouwen.
Een 18de-eeuwse opzet hebben Marktstraat 3 en Kruisstraat 23. Beide zijn in de tweede helft van de 19de eeuw gewijzigd, waarbij aan Kruisstraat 23 een woning met schuur is toegevoegd.
Mogelijk ook 18de-eeuws van opzet is de boerderij Kruisstraat 18 met onderschoer. De schuur is bij een restauratie vernieuwd.
Aangebouwde schuren hebben de uit de eerste helft van de 19de eeuw stammend boerderijen Kruisstraat 21, 25, 27 en Klooster 21, waarvan de laatste drie voorbeelden mogelijk een 18de-eeuwse kern hebben. Iets jongere voorbeelden van hallenhuisboerderijen met langsdeel zijn de ingrijpend gerestaureerde boerderij De Wheem 4-6 (circa 1860), met vrijstaande schuur, en Hoofdstraat 19 (circa 1880) met vrijstaande en aangebouwde schuren.
De boerderij Klooster 3-5 (circa 1870) heeft een dwars geplaatst voorhuis met aangebouwde ouderwoning. Verder zijn er enkele moderne ontginningsboerderijen, zoals de krimpenboerderij Hoofdstraat 24 (circa 1910), met portiek en verbouwde schuur, de kop-rompboerderij Klooster 15 (circa 1915), met schuur met zijlangsdeel, en de boerderij De Wheem 7 (circa 1920), met een baander in de voorgevel naast het woonhuis.