proef waarbij de therapeut de larynx met de duim en wijsvinger in de richting de wervelkolom duwt terwijl de cliënt een klank produceert In normale gevallen zal de toonhoogte dalen en zal deze terugkeren wanneer men de larynx loslaat Deze proef wordt in principe alleen gebruikt bij personen met een mutatie falsetstem,
guttur
(v.), keel.