Gepubliceerd op 18-08-2020

Paspoort

betekenis & definitie

van Jt Fr. passe-port, van passer: doorgaan, passeeren, en port (eig. porte) = poort, stadspoort. Paspoort is dus: schriftelijke vergunning om de poort te mogen doorgaan; reisbrief.

Evenzoo verlofpas: schriftelijke vergunning tot het nemen van verlof.

< >