Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Vĕnĕror

betekenis & definitie

1. dep. (1); vereren, zijn eerbied betonen, aanbidden, deos sancte, Cic., regem, Nep,, memoriam alcs, Tac.

2. dep. (1); meton., eerbiedig smeken, deos multa (zeer), Caecin. in Cic. ep., nihil horum veneror, bid, smeek ik, Hor.

Part. veneratus passief = vereerd, aangebeden, Verg., Hor.; venerandus, adi., vererenswaard, eerwaardig, amicus, Hor., principes, Eutr.

< >