Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Vēlum

betekenis & definitie

1. i, n. zeil, in klassiek proza gewl. plur., vela dare in altum, wegzeilen, afvaren, Liv., Ov., vela facere, de zeilen uitspannen (met volle wind varen), Verg. (vgl. beneden), dirigere vela ad alqm locum, koers zetten naar enz., Caes., vela cadunt, worden ingehaald, Verg. (en fig. = de toorn bedaart), Ov. | fig., vela facere (vgl. boven), in de rede snel voortgaan, Cic., pandere vela orationis, Cic., vela contrahere, inhalen, Cic., Hor., vela dare famae, Ov.; spreekw., zie remus. | meton., schip.

2. i, n. doek, gordijn.

< >