Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Obiurgo

betekenis & definitie

1. berispen, bekijven, verwijten doen, alqm in of de alqa re, Cic., verecundiam alcs, Cic., alqm, quod (dat) etc., Cic., alqm, ut etc., op verwijtende toon vorderen, dat hij enz., Cic.

2. overdr., lelijk toetakelen, straffen, slaan, tuchtigen, alqm verberibus, Sen., flagris, Suet.

< >