Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Gepubliceerd op 14-02-2022

Laudātĭo

betekenis & definitie

ōnis, f.

1. in ’t alg., het prijzen, lofrede, tua, uw (de door u gehouden), Cic., c. gen. obi., eorum, op enz., Cic., laudationes modulatae, lofzangen, Suet.
2. in ’t bijz., gunstig getuigenis (voor ’t gerecht). | lofrede op een overledene, lijkrede, Cic., volledig laudatio funebris, Quint., c. gen. obi., matronarum, op, Liv. | een dankadres (ener Romeinse provincie voor de stadhouder aan de senaat).

< >