1. i, m. volgens de sage een oud koning van Latium, stichter van een burcht op het Ianiculum, als zonnegod in een kapel vereerd, die twee openingen tegenover elkaar had, welke in vredestijd gesloten, in oorlogstijd geopend waren.
2. i, m. appellat., een overdekte doorgang; poët. = de maand Januari.
Daarv. Iānālis, e, van Ianus ontvangen, Ianisch, virga, Ov.; Iānŭārius, tot Ianus behorende, lanuarius mensis en enkel Ianuarius, de maand Januari, Cic., en zo ook Iānŭārĭus, tot Januari behorende, van Januari, calendae Ianuariae, Cic., idus Ianuariae, Caes.