complex van ziekelijke verschijnselen, dat veroorzaakt wordt door een onvoldoende functie van de voorkwab van de hypophysis. Deze kan het gevolg zijn van trombose der fijne bloedvaten, die het orgaan verzorgen, zodat necrose ontstaat.
Vandaar dat de ziekte vooral bij vrouwen, dikwijls in aansluiting aan een bevalling, optreedt. Verder kan een geïsoleerde tuberculeuze ontsteking, lues of een trauma (schedelbasisfracturen) van de klier het ziektebeeld doen ontstaan. De lijders vertonen een geel-bleke huidskleur, zijn bloedarm, traag in hun bewegingen en psychische uitingen en nauwelijks tot arbeid in staat. Hun stofwisseling en lichaamstemperatuur zijn te laag. De geslachtelijke verrichtingen blijven uit. In de meeste gevallen treedt een zeer aanzienlijke vermagering in en kan ten slotte een uitputtingstoestand (cachexia hypophysiopriva) zich ontwikkelen, die verder leven onmogelijk maakt. Behandeling met hormoonpraeparaten.
