naam van enige keizers van het RoomsDuitse Rijk.
IV van Bohemen (1346-1378), geb. 1316.Vaardigde 1356 de Gouden Bul uit. Stichtte 1348 te Praag de eerste Duitse universiteit.
V (1519-1556), geb. 1500. Van 1516 af tevens koning van Spanje. Zoon van Philips de Schone en van Johanna van Aragon, dochter van Ferdinand I en Isabella van Spanje. Riep 1521 de Rijksdag te Worms bijeen, waar Luther in de rijksban geslagen werd. Voerde 4 oorlogen tegen Frans I van Frankrijk ter handhaving van zijn Italiaanse bezittingen (1521-26, 1527-29, 1536-38, 1542-44). Werd 1530 te Bologna tot Rooms keizer gekroond.
Veroverde 1535 Tunis. Overwon in de Schmalkaldische oorlog 1547 de Duitse Protestantse vorsten bij Mühlberg, vaardigde in 1548 te Augsburg het zgn. Interim uit, werd door Maurits van Saksen genoopt tot het verdrag van Passau (1552). Werd heer van alle Nederlandse gewesten (verwierf 1523 Friesland, 1528 Overijsel en Utrecht, 1536 Groningen en Drente, 1543 Gelre). Deed 1555 afstand van de regering over de Nederlanden en Bourgondië, 1556 over Napels en Sicilië ten behoeve van zijn zoon Philips II, en droeg in 1556 het bewind over Duitsland over aan zijn broer Ferdinand I. De machtigste vorst uit het huis Habsburg. Ook door de geweldige uitbreiding van het Spaanse bezit in de Nieuwe Wereld werd van zijn rijk getuigd, dat daarin ,,de zon nooit onderging”.
VI (1711-1740), geb. 1685. Verkreeg bij de Vrede van Rastatt (1714) Napels, Milaan en Sardinië en de Zuid. Nederlanden, ruilde 1720 Sardinië tegen Sicilië, verloor 1738 bij de Vrede van Wenen Napels, Sicilië en een deel van Milaan weer aan Spanje en Lotharingen aan Frankrijk, Verzekerde door de Pragmatieke Sanctie (1713) de troonopvolging aan zijn dochter Maria Theresia.
VII (1742-1745), geb. 1697, keurvorst van Beieren sinds 1726.