(Lat. intocht), het binnentreden van de clerus aan het begin van de eredienst, in de oosterse en oorspronkelijk ook in de westerse Kerk door gezang begeleid. In de R.K. eredienst het eerste gebed, dat de priester tijdens de mis uit het missaal bidt en het koor bij gezongen missen zingt.
Het bestaat uit één psalmvers met antiphoon en doxologie. In de Prot. eredienst wordt de aanvangstekst, door de dienaar in nauw verband met het kerkelijk jaar gesproken, I. genoemd. In de practijk van vele Prot. gemeenten fungeert het binnenkomen van dienaar en kerkeraad onder het zingen van een psalm als I.