Klierigheid; klierziekte, beschouwd als een vorm van tuberculose, die vooral vrouwen en kinderen treft.
Beekpunge (Veronica beccabunga); ook beekbunge.
Het bovengrondse deel van de verse plant. 50 tot 120 g sap, ook in koude groentebouillon.
Eik (Quercus robur): de gewone eik; ook zomereik.
De bladeren. 5% decoct, 15 minuten laten koken. Drie kopjes daags. Ook lauw aanbrengen op de plaatsen van de aandoening.
Gentiaan (Gentiana lutea): de gele gentiaan; ook grote gentiaan.
De wortel. 2% infuus, 10 minuten laten trekken. Twee kopjes daags. CONTRA-INDICATIE: bij hemorrhagie (= bloedingen) en bij plethora (= volbloedigheid).
Goudsbloem (Calendula officinalis): de gekweekte goudsbloem.
De gehele bloeiende plant. 1% infuus, 25 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Hoefblad (Tussilago farfara): het klein hoefblad; ook paardevoet, stinkblad.
De bloemen en de bladeren. De bloemen: 4% infuus, 15 minuten laten trekken. Drie kopjes daags. De bladeren: 4% decoct, 10 minuten laten koken. Twee kopjes daags.
Klis (Lappa major): de grote klis; ook kliskruid.
De wortel: klitwortel. 5% decoct, 10 minuten laten koken. Drie kopjes daags, op de nuchtere maag.
Noteboom (Juglans regia): de walnote- of okkernoteboom.
De bladeren. 3% infuus, 20 minuten laten trekken. Drie kopjes daags.
Viooltje (Viola tricolor): het driekleurig viooltje; ook veldviooltje.
De bloemen. 3% decoct, 5 minuten laten koken. Drie kopjes daags.
Waterkers (Nasturtium officinale): de witte waterkers; ook bronkers, waterraket.
De gehele verse plant.