Gepubliceerd op 11-11-2021

sneeuw

betekenis & definitie

v. fig. o. (in kristalvorm bevroren waterdamp, vlokvormig uit de dampkring neervallend; fig. grijsheid, blankheid): er viel veel sneeuw; zo wit als sneeuw; verdwijnen, smelten als sneeuw voor de zon; fig. sneeuw dekt zijn kruin, grijze haren; het sneeuw van zwanendons.

< >