I. lipte, h. gelipt (beurs; het drijven van handel voor eigen rekening door een makelaar en wel in die artikelen, waarin hij als makelaar is aangesteld; ook: gebruik maken van de verlegenheid, waarin een ander zich bevindt, om van hem goederen of effecten tegen zeer lage prijs over te nemen).
II. lipte, h. gelipt (timm. lassen of verbinden van hout door middel van uitsteeksels of lippen; bij uitbr. van steen).