o. -schappen;
1. het heer zijn, de waardigheid van heer: mijn boerschap tegenover zijn heerschap;
2. spott., gmz. heer, mijnheer: een mager heerschap; ja heerschap; ook: wat een fijn heerschap!
Gepubliceerd op 11-11-2021
betekenis & definitie
o. -schappen;
1. het heer zijn, de waardigheid van heer: mijn boerschap tegenover zijn heerschap;
2. spott., gmz. heer, mijnheer: een mager heerschap; ja heerschap; ook: wat een fijn heerschap!
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: