1. m. enthousiasten (Fr. [Gr. enthousiastes]: iem. zeer vatbaar voor geestdrift; iem. vol geestdrift voor het een of ander); enthousiaste, v.;
2. bn., bw. (geestdriftig): hij was enthousiast, vol vuur voor dit plan;
3. bw. (met geestdrift): enthousiast stemde hij in met het voorstel; lees antoeziast.