Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie B
- belachen
- beladen
- belagen
- Belanda
- belanden
- belang
- belangeloos
- belangen
- belangende
- belanghebbend
- belangrijk
- belangrijkheid
- belangstellen
- belangstellend
- belangstelling
- belangwekkend
- belast
- belastbaar
- belasten
- belasteren
- belasting
- belastingbiljet
- belastingkantoor
- belastingpachter
- belastingplichtig
- belatafeld
- belazerd
- belazeren
- belboei
- belderom
- beldeurtje
- beledigen
- belediging
- beleefd
- beleefdheid
- beleefdheidshalve
- beleenbriefje
- beleg
- belegen
- belegeren
- belegering
- belegeringsartillerie
- belegeringspel
- beleggen
- belegging
- belegsel
- belegstuk
- beleid
- beleidvol
- belemmeren
- belemmering
- belemniet, belemiet
- belen
- belenden
- belendend
- belenen
- belet
- beletsel
- beletselteken
- beletten
- beleven
- belezen
- belezenheid
- belezer
- belfort
- belfroot
- Belg
- belga
- belgen
- belgicisme
- Belgisch
- belhamel
- Belial
- Belialskind
- belichamen
- belichaming
- belichten
- belichting
- beliegen
- believen
- belijden
- belijdenis
- belijder
- belijnen
- belladonna
- belle(t)trie
- belle(t)trist
- belle(t)tristisch
- bellefleur
- bellefleuring
- belleman
- bellen
- bellenbaan
- bellevue
- belligerenten
- Bellona
- belofte
- beloken
- belommeren
- belonen
