Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie P
- potvis
- poudre de riz
- poularde
- poule
- poulespel
- poulet
- pour
- pour acquit
- pourboire
- pourparlers
- pousse-café
- pousseren
- pouvoir
- pover
- povertjes
- pozen
- praaien
- praairapport
- praal
- praalbed
- praalgraf
- praalhans
- praalvertoon
- praalwagen
- praalziek
- praalzucht
- praam
- praat
- praatal
- praatgraag
- praatje
- praatjesmaakster
- praatjesmaker
- praatjesstoel
- praatjesvaar
- praatjesziek
- prachen
- pracht
- prachtalbum
- prachtband
- prachtig
- prachtlievend
- prachtwerk
- practica est multiplex
- practicus
- practijk
- practisch
- pradjoerit
- prae
- praeceptor
- praeceptoraat
- praedicaat
- praedicatief
- praefix
- praehistorie
- praehistorisch
- praeparaat
- praepareren
- praesens
- praeses
- praesidiaal
- praesidium
- praeteritio
- praetor
- praetorium
- pragmatisch, pragmatiek
- prahoe
- Prairial
- prairie
- prairiebrand
- prairiehond
- prairiewolf
- prakkezeren
- praktijk
- praktizeren
- praktizijn
- pralen
- praler
- pralerij
- praline
- pramen
- prang
- prang-sabil
- prangen
- pranger
- prat
- praten
- prater
- pratten
- pratziekte
- prauw
- prauwel
- prauwelvoerder
- praxis
- Praxiteles
- pré
- preadvies
- prealabel
- preambule
- prebende