Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie P
- plankier
- plankijs
- plankton
- plannenmaker
- plano
- planplan
- plansier
- plant
- plant(en)kenner
- plant(en)kleed
- plant(en)kunde
- plant(en)kundig
- planta
- plantaarde
- plantaardig
- plantage
- plantbestaan
- plantdier
- planten
- plantenaardrijkskunde
- plantenalbum o. plantenalbums (boek met gedroogde en opgeplakte planten, herbarium; een aantal afbeeldingen van planten in kleurendruk)
- plantenatlas
- plantenbeschrijving
- plantenboek
- plantenboter
- plantenbus
- plantencel
- plantenetend
- planteneter
- plantengeographie
- plantengif
- plantengordel
- plantengroei
- plantenhaar
- plantenivoor
- plantenleer
- plantenleven
- plantenrijk
- plantentuin
- plantenziekte
- plantenziektenkundig
- plantenziektewet
- planter
- planteren
- planterij
- planteur
- plantgoed
- planting
- plantlore
- plantluis
- planton
- plantsel
- plantsoen
- plapperen
- plaque
- plaquette
- plas
- plasberm
- plasdankje
- plasma
- plasmolen
- plasregen
- plasregenen
- plassen
- plasticiteit
- plastiek
- plastisch
- plastron
- plat
- plat du jour
- plat-af
- plat-Amsterdams, plat-Rotterdams
- plataan
- platbek
- platbodemd, platboomd
- platbroek
- platbroekerij
- platdraad
- Platduits
- plateau
- plateel
- plateelbakker
- plateelbakkerij
- plateelgoed
- platform
- platheid
- platie
- platina
- platinadraad
- platinawasserij
- plating
- platlood
- platluis
- platneus
- Plato
- platonisch
- platrond
- platschieten
- platsel
- platslaan
