Gepubliceerd op 11-11-2021

beneden

betekenis & definitie

1. bw. (omlaag, onder): beneden wonen, gelijkvloers; beneden komen; zie beneden; beneden aan de rand; (met voorzetsel) de juffrouw van beneden; dun van beneden; naar beneden;

2. vz.: beneden de grond; beneden (alle) critiek; een vermogen beneden 16,000 gld.; fig. beneden iem. staan, ondergeschikt aan iem. zijn, iems. mindere zijn; dat is beneden mij, d. i. mijner onwaardig; Z.-N. kom beneden, naar beneden.

< >