Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 29-10-2019

Gerrit Siebe Overdiep

betekenis & definitie

Taalkundige. 13 Nov. 1885 te Vries (Dr.). Leeraar te Voorschoten en Apeldoorn, thans hoogleeraar te Groningen in de Ned. taalcn letterk. en alg. taalwetenschap.

Werken o.a.: Over de vormen v. h. aoristisch praeteritum der Mnl. epische poëzie (diss., 1914); uitg. v. d. Ferguut met stilistischen comm. (1924); uitg. v. fragm. v. d. „Roman van Walewein” (1924); Moderne Ned. Gramm. (1928; 2e dr. 1937, onder den titel: Stilistische grammatica van het moderne Nederlandsch); Zeventiende-eeuwsche syntaxis (1931-’35); Beknopte stilist. Gramm, v. h. Ned. (met G. v. Es ; 1935). Tevens (met Jac. v. Ginneken S.J.) oprichter van het maandblad Onze Taaltuin (1932 vlg.), begin 1937 echter uit de redactie getreden.

< >