is een huwelijksbeletsel in de kerkelijke wetgeving, dat het huwelijk ongeldig maakt tussen bloedverwanten in elke graad in de rechte lijn en in de zijlijn tot en met de derde graad, dus tot en met achterneef en achternicht. De reden waarom de Kerk bloedverwantschap als huwelijksbeletsel geeft, is o.a. het voorkomen van lichamelijke en geestelijke afwijkingen en ziekten, die dikwijls het gevolg zijn van huwelijken tussen bloedverwanten.
Om gegronde redenen geeft de Kerk soms dispensatie, maar nooit wanneer het gaat over bloedverwantschap in de rechte lijn of in de eerste graad van de zijlijn. De Protestanten in Nederland volgen hierin de regels, die gelden voor het burgerlijk huwelijk.