m. (-en, -s)
1. hoge rechterlijke ambtenaar
a. Oudh. hoge ambtenaar die gerechtelijke en andere officiële stukken uitvaardigde,
b. hoogste gerechtelijke ambtenaar in Engeland.
2. Uitbr. hoogste ambtenaar, staatsdienaar in een land: de van Vlaanderen was de hoogste ambtenaar van de graaf; in Duitsland is de de leider van de politiek; Bismarck, de ijzeren -.
3. Verzw. hoofd van een afdeling bij een gezantschap of konsulaat.