(Adolf) Duits staatsman, ° 1889 in het vroegere Oostenrijk, wilde in zijn jeugd kunstschilder worden; diende tijdens de Eerste Wereldoorlog in het Duitse leger, stichtte de nationaalsocialistische partij, werd 1933 rijkskanselier, 1934 tevens president van het Duitse Rijk; bezette in de Tweede Wereldoorlog (1939-1945) een groot gedeelte van Europa. Met zijn nederlaag te Stalingrad (1943) keerde zijn kans.
Hij moest al de door hem bezette gebieden ontruimen en zijn eigen land werd door de Geallieerden bezet. Een aanslag op hem in 1944 mislukte. In 1945 pleegde hij te Berlijn zelfmoord. Hij had Doenitz tot zijn opvolger aangesteld. Hij schreef o. a. Mein Kampf.