(at'lantis) o. handvest, oorkonde, tijdens de Tweede Wereldoorlog 1941, op een schip midden in de Atlantische Oceaan, door F. Roosevelt, president der Verenigde Staten, en W.
Churchill, minister-president van Engeland, ondertekend, waarin zij acht grondbeginselen van internationale politiek vastleggen, die de wereld een betere toekomst kunnen verzekeren. Die acht grondbeginselen zijn de volgende :1.De V. St. en Engeland streven geen gebiedsuitbreiding na, ten nadele van anderen.
2. Zij verlangen geen verandering van grondgebied te zien gebeuren, tenzij de betrokken volken dat wensen.
3. Zij eerbiedigen het recht, dat alle volken hebben, om de regeringsvorm aan te nemen, die zij verkiezen; en de volken, die daarvan verstoken zijn, moeten opnieuw soevereine rechten en autonomie verkrijgen.
4. Alle volken, kleine of grote, overwinnaars of overwonnenen, hebben toegang tot de handel en tot de grondstoffen der wereld, nodig voor hun welzijn.
5. Er moet samenwerking zijn van alle volken op ekonomisch gebied, met het oog op een algemene verbetering van de arbeidsvoorwaarden en van de sociale veiligheid.
6.Na de vernietiging van het nazisme, moet er een stevige vrede komen die, aan alle mensen van alle landen, een normaal bestaan zal verzekeren, vrij van vrees en nood.
7. Die vrede moet een waarborg zijn voor alle mensen om ongehinderd de wereldzeeën te bevaren.
8. Alle naties moeten er toe komen het gebruik van geweld op te geven en daarom moet er een blijvend stelsel van kollektieve veiligheid worden opgebouwd.