Dataficeren is het proces waarbij gegevens uit menselijke, sociale en natuurlijke processen digitaal worden vastgelegd om er vervolgens AI op los te laten.
Data wordt verzameld via sociale media, internet, digitale ecosystemen, satellieten, drones, wetenschappelijk onderzoek etc. Wat betreft de wijze van verzamelen bestaan er twee elkaar overlappende regimes. Een context-georiënteerde zoals surveillance-beelden van bijvoorbeeld burgers in een publieke ruimte. Een andere uiterste wijze van verzamelen is het Big Data-regiem waarbij de gegevens van ‘overal en nergens’ komen. Gegevens zonder specifieke context worden dan verzameld, zoals oceaangeluiden of signalen uit de ruimte. Het doel van dataficeren is maximale data-extractie ten behoeve van bijvoorbeeld kennisvermeerdering, wetenschappelijk onderzoek, gedragsbeïnvloeding, winstmaximalisatie, doelmatigheidsbevordering, beleidsoptimalisatie, algoritmisering etc.
Dataficatie in combinatie met AI krijgt onherroepelijk grote politieke betekenis. Er ontstaat een asymmetrie in machtsverhoudingen tussen burgers en invloedrijke instellingen. En de nationale soevereiniteit wordt door de grensoverschrijdende aard van dataficeren bedreigd. Denk daarbij aan de toepassing van epistemisch geweld waarbij eigen gedataficeerde kennis of het tegenover gestelde, andermans gebrek aan kennis wordt gebruikt als machtsinstrument om te onderdrukken of marginale groepen beter uit te buiten. In de tweede plaats komt privé-data van individuele burgers onder druk te staan en zal het recht van dataficatie verschoond te blijven praktisch onmogelijk blijken (gezichtsherkenning etc.). Dataficatie is daarom van betekenis voor onze zogenoemde negatieve vrijheid, het recht van géén inmenging, bemoeienis of beïnvloeding.
Dataficatie in combinatie met AI vereist publieke aandacht. Dataficatie in goede banen leiden vraagt om een maatschappelijk betrokken rechtsbewustzijn ter bescherming van het algemeen belang van mens én natuur.