Schaatsenrijders

betekenis & definitie

(familie Gerridae en verwanten) Bewegen zich met lange, slanke poten voort over het wateroppervlak. Voorste van de drie paar poten vaak ingeklapt (vangpoten). Antennen goed ontwikkeld (dus eigenlijk geen echte waterwantsen). Bruin tot zwart. Ca. 5-15 mm. Voeden zich met dode en levende insekten die op het wateroppervlak voorkomen. In stilstaand en stromend water. Meestal in de buurt van de oever.