Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Gepubliceerd op 22-05-2021

Staathuishoudkunde

betekenis & definitie

economie, wetenschap der maatschappelijke verschijnselen binnen den → staat, vooral met betrekking t/d materieclc belangen der Staatsburgers. Xenophon, Plato en Aristoteles i/d Oudheid, Thomas v.

Aquino i/d Middeleeuwen, hebben o/d materieele volkswelvaart geschreven. Eerst i/d 16e en 17e eeuw kan echter sprake zijn v/e systematische studie v/h onderwerp. De mercantilisten (Colbert, Cromwell) leerden dat handel en nijverheid, de physiocraten ( Quesnay, Dupont de Nemours, Mirabeau e.a.), dat de landbouw later de aanhangers der klassieke school (A. Smith, Ricardo, Malthus, Mill e.a.), dat de arbeid de grondpeiler der volkswelvaart is. Uit de laatste school is de Manchesterschool voortgekomen, die de staatsbemoeiing afkeurt en de vrije concurrentie aanbeveelt. Daartegen kwam vooral in Duitschland de historische school op, die meer nadruk gelegd wilde zien o/d nationale ontwikkeling v/e staatk. eenheid.

Wel heeft zij veel feiten verzameld, maar nieuwe gezichtspunten heeft haar inductieve methode weinig geopend, hetzij dan dat uit haar wrijving m/d Manchesterschool de zg. kathedersocialisten zijn voortgekomen, die de tusschenkomst v/d Staat v. verbetering der sociale toestanden bepleitten. De eigenlijke socialisten (Proudhon, Marx) legden den nadruk o/e billijker verdeeling der rijkdommen v. Staatswege (socialiseering) en staan daarmee lijnrecht tegenover de klassieke school. De Oostenr. of psychologische school wil de drijfveeren der economische handelingen laten gelden (Menger, G-ide, Clark), terwijl de mathematische school (Cournot, Irving, Fisher e.a.) a/h cijfer en de statistiek groote beteekenis toekent. In de Ver. Staten is a/d Columbiauniversiteit een nieuwe school ontstaan, die der Technocraten, welke de bron der volkswelvaart niet i/d productie, maar i/h verbruik v. goederen ziet.

< >