1) de Groote (± 995/1035), koning v. Denemarken, die 1016 Engeland veroverde en 1028 ook koning v.
Noorwegen werd;2) korte Russ. zweep met riemen.
Gepubliceerd op 22-05-2021
betekenis & definitie
1) de Groote (± 995/1035), koning v. Denemarken, die 1016 Engeland veroverde en 1028 ook koning v.
Noorwegen werd;2) korte Russ. zweep met riemen.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: