na Nieuw-Guinea grootste eiland v. Azië, 758 000 km2, 2,6 mill. inw., v/h vasteland gescheiden door de soenda Zee, i/h binnenland bergachtig, langs de kust laagvlakten en moerassige oerbosschen.
De hoogste top is Iyinibaloe (4566 m) in Br. N.-Borneo; hoewel het gebergte vulkanische vormen vertoont, heeft B. geen werkende vulkanen. B. heeft een typisch moesson klimaat. De rijke plantengroei stelt olifanten (ingevoerd), rhinocerossen en vele apensoorten in staat te leven; hierop maken panters en tijgers jacht. De bodem bevat jonge steenkool, voorn, o/h eiland Laoet a/d Z.O.-kust, ijzer en i/h N. aardolie, verder diamant, goud en platina. Het eil. is verdeeld tusschen Ned. (5/7) en Engeland.
Het Ned. gebied huisvest 2,2 ïnill. inw., o.w. 150 000 Chineezen en andere vreemde Oosterlingen. De oorspr. bew. zijn de → Dajaks, die nog i/h binnenland wonen. Het Ned. gebied is administratief verdeeld in de residenties W.-Borneo (hoofdst. Poniianak) en Z. en O.-kust (hoofdst. Bandjermasin). Alleen in Br.
B. is een kleine spoorweg. Overigens is het land nog weinig gecultiveerd, hoewel het vooruitgaande is.
