Noodmunten - Bij heerschend geldgebrek, vooral bij oorlogen en belegeringen, zijn meermalen, hetzij van metaal of van leder of papier, zekere muntteekens vervaardigd, die een bepaalde waarde vertegenwoordigden, en dan later weder zouden worden ingewisseld tegen de gewone munt. Deze noodmunt, ook als zij van metaal geslagen wordt, heeft in den regel een geringe innerlijke waarde. Zie ook Zilverbons.
— Man, Marie G. A. de. Over de noodmunten van Zierikzee, geslagen van 1574—1576 en over de inwisseling dezer stukken door de Staten van Zeeland in 1595.
In Tft. v. h. Kon. Ned. Gen. v. Munt- en Penningk., jg. 18 (1910), bl. 73—107; 153—190.