(Fr. Ljouwert) Stad en gemeente.
De stad Leeuwarden heeft zich in de jaren ’50 en ’60 steeds duidelijker ontwikkeld tot sociaal, medisch, bestuurs- en politiek centrum van Friesland. Vele, in het kader van de schaalvergroting samenwerkende diensten, vestigden zich er centraal.Tot plm. 1970 groeide de stad ook als bevolkingscentrum, door uitbreidingen in alle richtingen: zo ontstonden de nieuwe stadsdelen Heechterp, Nijlan, Lekkumerend, Bilgaard, Aldlan en Westeinde. Bij de verwezenlijking van de laatste uitbreidingsplannen bleek echter de animo om zich in Leeuwarden te vestigen sterk af te nemen, t.g.v. de dorpen rondom. Het inwonertal daalde in de jaren ’70, wat voor Leeuwarden o.m. financiële problemen tot gevolg had. De gem. tracht deze ontwikkelingen ten goede te keren door enerzijds verhoging van de leefbaarheid van het stadscentrum en anderzijds door verwezenlijking van bouwplannen in dorpen die in de gem. zelf liggen: Wirdum, Goutum. De bewoners van deze dorpen verzetten zich tegen een volgens hen te explosieve groei, maar zonder succes. De gem. Leeuwarden heeft een opp. van 6476 ha, waarvan 6353 ha land (opp. in 1956 6274 ha).
Vlag: 4 horizontale banen, van boven naar beneden blauw, geel, blauw, geel (tweemaal doorsneden van blauw en goud).
Het wapen is een schild van blauw, beladen met een klimmende leeuw van goud en gedekt met een vijfbladige gouden kroon. De pluim van de staart is naar binnen gekruld (Zie Wapen).
Bevolking De bevolkingsontw. wordt in belangrijke mate bepaald door de ontw. van de stad. In de jaren ’50 en in het begin van de jaren ’60 was er een sterke verstedelijking met ontvolking in de kleine dorpen. Na 1970 herstel voor versch. dorpen en ontvolking van de stad.
Leeuwarden 1954 1959 1964 1969 1973 (gem.) 80.928 82.067 85.709 88.085 86.338 Leeuwarden 77.739 78.919 82.666 85.005 83.032 Goutum 523 619 648 642 761 Hempens 159 159 134 113 118 Lekkum 594 605 530 581 628 Miedum 74 61 45 34 28 Swichum 95 75 70 56 54 Teems 71 75 52 52 50 Wirdum 1019 983 1007 1002 1041 Wijtgaard 654 571 557 600 626 Economie Als industriekern maakte Leeuwarden een industriële ontw. door die aansloot op ontw. die reeds na W.O. II waren ingezet. In de dorpen maakte de landbouw als belangrijke bron van werkgelegenheid geleidelijk plaats voor het forensisme.
In 1960 was 2,8 % van de bevolking werkzaam in de landbouw, 34,7 % in industrie en ambacht en 62,5 % in de dienstensector. Hoewel de volkstellingsgegevens van 1971 nog niet bekend zijn mag worden aangenomen dat de dienstensector nog belangrijker is geworden. Van de industrieën die in Leeuwarden gevestigd zijn, kunnen bouw, zuivel en metaalindustrie apart genoemd worden, gezien de belangrijke plaats die zij in het totale arbeidsaanbod innemen.
De aanleg van een industrieterrein aan de z.w. kant van Leeuwarden betekende een belangrijke verbetering voor de infrastructuur. De rondweg rondom Leeuwarden (s. 1963), aangelegd in het kader van een, in de jaren ’70 weer ter discussie gesteld, wegenplan en aansluitend op o.m. de verbindingen met Drachten, Groningen, Harlingen, Heerenveen en Sneek, droeg evenzeer tot de ontw. van de stad bij als verbetering van de scheepvaartverbindingen. De dienstensector (w.o. handel) werd gestimuleerd door het met de jaren ’50 en ’60 toenemend toerisme. De verbeterde vervoersmogelijkheden vergrootten het achterland van de plaatselijke winkelstand.
Onder invloed van ontw. na W.O. II ontstond het streven, de verschillende vormen van ec. bedrijvigheid te splitsen. In 1973/’74 werden plannen uitgewerkt voor een rehabilitatie van de binnenstad, waarin een concentratie van winkelbedrijven binnen het oudste stadsgedeelte een plaats kreeg. De groei van de centrumfunctie van Leeuwarden noodzaakte het gemeentebestuur tot het treffen van een groot aantal voorzieningen. Hierdoor, en door het dalend inwonertal, ontstonden financiële problemen.
Een nieuw element in de detailhandel vormde de komst van de Miro in Leeuwarden-Zuid (maart 1972), een grootwinkelbedrijf.
In de horeca-sector groeide het aantal bars zeer sterk ten koste van gerenommeerde restaurants/ hotels. Leeuwarden verloor na 1950: De Doelen, Amicitia, De Groene Weide, De Klanderij en een reeks hotels aan de Lange Marktstraat. Ook Bellevue kondigde in 1975 bedrijfsbeëindiging aan en hotel De Bleek sloot tijdelijk t.b.v. Surinamers. Politiek en kerkelijk leven De PvdA- en de CDA-partijen verloren een deel van hun aanhang, bij Kamerverkiezingen zowel als bij Raads- en Statenverkiezingen. Bij de Statenverkiezingen behaalde de FNP in 1974 7,7 %. Enig in Friesland is de politieke groepering Axies, die van een provo-en kabouterachtergrond uit diverse acties ontketende om het verval van de binnenstad, de overheersing van het verkeer e.d. tegen te gaan.
Democraten ’66 had in Leeuwarden in de jaren 1966-’70 meer succes dan provinciaal. In 1954 was de raad als volgt samengesteld: 18 PvdA, 6 ARP, 4 VVD, 3 CHU, 3 KVP, 1 CPN. In 1974: 17 PvdA, 12 CDA, 5 VVD, 2 Axies, 1 FNP. Z. ook Verkiezingen.
De NH-e kerk leed in 1960-’71 de meeste verliezen. In 1971 was 21,5 % NH (in 1960 27,5 %), 15,5 % Gereformeerd (16,6 %), 10,5 % R.K. (11,8 %), 10,5 % behoorde tot de overige kerkgenootschappen (6,4 %) en 42,0 % tot geen kerkgenootschap (37,7 %).
Onderwijs, sport, soc. voorzieningen, cultuur en monumenten De stad Leeuwarden fungeert als onderwijscentrum voor het grootste deel van Frl. met o.m. HTS, Agogische Akademie, Pedag. Academies, Muziek Pedagogische Academie, Hogere landbouwschool, Lerarenopleiding Ubbo Emmius, kleuterleidsteropleidingsscholen, school voor verpleegkundigen, Akademie voor beeldende kunsten (alleen ’s avonds), Analistenschool, opleiding fysiotherapie, avond-HAVO, Noordelijke Leergangen, de MSA-HSA opleiding (thans HBO-Sociale Dienstverlening geheten; de HSA-opl. s. 1974, een avond per week) en de Opleiding voor Gezinsverzorgsters, LOMschool, debielen- en imbecielenschool, woonwagenkampschool, school voor schipperskinderen; ook avond-mavo.
Een streven om te komen tot een vestiging in Leeuwarden van een afdeling van de Groninger Universiteit leek spoedig te worden gehonoreerd door het Ministerie van O. en W., maar de verwezenlijking van de plannen werd in 1975 uitgesteld tot augustus 1976.
Bijna alle in Frl. bekende sporten worden in en bij de stad beoefend. Semiprofvoetbal door Sportclub Cambuur, zwembaden (openlucht en overdekt), trimbaan met diverse recreatiemogelijkheden in Groene Sterplan ten o. van Leeuwarden, tennisbanen, midgetgolfbaan, sporthallen, kinderboerderij. De veemarkthal Frieslandhal biedt ook gelegenheid tot het houden van grote sportmanifestaties, zoals het traditionele, landelijke bekendheid genietende indoor concours hippique. Van nationaal niveau zijn ook turnvereniging Quick-Huizum, schaakvereniging Kon. Philidor 1847, Damclub Huizum. Buiten de stad Leeuwarden gymnastiek-, voetbal- en korfbalverenigingen en ijsclubs.
Vele voorzieningen voor gezondheids- en sociale zorg zijn in Leeuwarden gecentraliseerd: o.a. Centrum De Hege Wier. In Leeuwarden naast de door erkende organisaties opgezette hulpverlening en verzorging, ook vormen van alternatieve hulpverlening: rechtswinkel, telefonische hulpdienst SOS (zie aldaar).
Van de vele culturele voorzieningen zij hier slechts genoemd de toneelverenigingen T.O.G. en Ten Cate, het Fr. beroepstoneelgezelschap Tryater en het Frysk Orkest. Bij een in 1974 begonnen verbouwing van de Harmonie wordt getracht de accomodatie in dit culturele centrum te verbeteren. Grote manifestaties (w.o. ook tentoonstellingen e.d.) vinden incidenteel plaats in De Beurs en De Frieslandhal.
In de stad bestaan versch. nationaal bekende muziek- en zangverenigingen, w.o. het Pasveerkorps. Buiten de stad muziek-, zang- en toneelverenigingen.
Restauraties vonden plaats in het complex Museum Het Princessehof, Luilekkerland, panden in de Bagijnestraat, Bij de Put, de Doelestraat (complex Fryske Akademy); verder rest. van de Bierkade met Kelders, de Oldehove, de Grote Kerk en het Fries Museum (de laatste twee in 1975 nog niet klaar). Het Stadhouderlijk Hof werd inwendig vernieuwd t.b.v. de gemeente. Daarentegen werd het Vliet gedempt, de omgeving van de Groeneweg vernield, werden vele restaurant-hotels gesloten en vond er een rigoreuze afbraak in het dorp Huizum plaats. Nieuwbouw was er behalve in de nieuwe stadsdelen, bij het Oldehoofsterkerkhof met nieuwe Prov. Bibliotheek, het AGO-complex en het Rijksarchiefgebouw (in aanbouw), aan de Tesselschadestraat, de Lange Marktstraat, het CCF-gebouw en in oud-Huizum (o.a. het gebouw De Hege Wier, het Triotelcomplex met ziekenhuis, bejaardenhuis en verpleegtehuis).
Moeilijkheden voor het verkeer geeft de spoorbaan door Leeuwarden naar het oosten (Groningen), eveneens de aansluiting met Leeuwarden van de oostelijke nieuwbouwwijk Cammingaburen waarvoor mogelijk het historische oude gedeelte Schilkampen moet wijken.
In het IJsbaankwartier is de nieuwbouw voor de universitaire vestiging, gecombineerd met andere onderwijsinstellingen, gepland. Aan de Goudenregenstraat is een tehuis voor alleenstaande mannen in aanbouw (cap. 140 personen) en aan het Vliet het gebouw voor de Gem. Soc. Dienst. Burgemeesters na 1954 Mr. A.
A. M. van der Meulen, W. Harmsma, L S. Brandsma (s. 1967). Lit.: H. M.
Mensonides, Historische wandeling door Leeuwarden (1957); W. Dolk, Leeuwarder straatnamen (1969); W. Eekhoff, Geschiedkundige beschrijving van Leeuwarden (voorw. van Jhr. M.J. van Lennep, 19672); H. Beem, De Joden van Leeuwarden (1974); R. Visscher, Leeuwarden van 1846 tot 1906 (19742); Rondom de Oldehove (19742).
Stadsherstel
N.V. In 1973 te Leeuwarden door gemeente, bedrijfsleven en particulieren opgerichte instelling, waarvan men aandeelhouder kan worden. Doel: het oude stadsschoon zoveel mogelijk te behouden en/of naar de eisen des tijds te verbeteren, in het bijzonder daar waar door de stedelijke ontwikkeling woon- en verblijfruimten verloren dreigen te gaan. De n.v. wil panden verkrijgen, restaureren en in principe exploiteren die dit waard zijn uit hoofde van historie, architectuur of functie in het stadsbeeld. In 1974 had de N.V.. bemoeienis met panden in Grote en Kleine Kerkstraat, Bredeplaats, Auckemastraatje. Zij streeft naar efficiënte woningen, die niet te hoge huurprijzen vergen.