1) een prins uil het koninklijk huis van Troje, was volgens Virgilius hoogepriester aldaar. Daags vóór den ondergang van Troje waarschuwde hij de Trojanen tegen het binnenhalen van het houten paard, en schoot zelfs een werpspies daarop af.
Dien eigen dag, terwijl hij in den tempel offerde, werd hij met zijne beide zonen doodgedrukt door twee ontzachlijk groote slangen. Dit rampzalig uiteinde werd beschouwd als eene wraak van Minerva, aan wie het houten paard gewijd was. Eene beroemd gewordene gebeeldhouwde groep, in 1506 bij SetteSala (niet ver van Rome) opgegraven, en door paus Julius II in de verzameling van het Vaticaan geplaatst, wordt beschouwd als het werk van de beeldhouwers Agesander, Polydorus en Athenodorus uit Rhodus.2) zoon van Parthaon, en oom van Meleager, vergezelde laatstgenoemden als mentor op den tocht der Argonauten.