Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Guillaume duval

betekenis & definitie

fransch geleerde, geb.omstr. 1570 te Pontoise, gest. 1646, beoefende de oude talen, benevens theologie, pbilosofle, geneeskunde en kruidkunde; was professor der philosofie, en werd geneesheer des konings en deken der geneeskundige faculteit (1640). Behalve verscheidene andere werken heeft men van hem eene Hisloire du Collége royal de France (1644).

< >