Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Friedrich Lübker

betekenis & definitie

duitsch philoloog, geb. 18 Aug. 1811 te Husum, werd 1850 van zijne betrekking als rector der geleerdenschool te Flensburg ontheven, was van 1851 tot 1863 directeur van ’t gymnasium te Parchim, en ging toen stil leven te Brunswijk. Onder zijne werken munt vooral uit; Reallexikon des classischen Alterthums (2e druk Leipzig 1860).

< >