Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Fitz

betekenis & definitie

oudnormandisch woord (= fils, zoon), werd in Engeland en Ierland vóór den naam des vaders geplaatst, om den geslachtnaam te vormen, bijv. Fitzwilliam, Fitzgerald, enz.

In later tijd werd het praelix F. voornamelijk gebezigd voor onechte zonen van engelsche koningen en prinsen, bijv. Fitzroy, Fitzjames, Fitzclarence.

< >