de oude bewoners van den zuidoostelijken boek van West-Friesland, tegenwoordig deel uitmakende van Noord-Holland. Ze deden 1155 een inval in Kennemerland, doch werden door de burgers van Haarlem en de geburen van Osdorp genoodzaakt het land weder te ruimen; over de 900 dooden verloren zij op deze vlucht.
In 1161 sloot graaf Floris lil een verdrag met de D. F., waarna ze hem hulde deden. In Aug. 1272 bracht Floris V een groot leger op de been, om den dood van zijn vader, koning Willem III, op de D. F. te wreken; maar de Hollanders werden bij Vroonergeest geslagen, en lieten ruim 500 man op het slagveld achter; ze trokken af naar Heilo, waar het andermaal tot den slag kwam, en nu leden de D. F. de nederlaag en verloren ruim 800 man. Daarna bouwde Floris V een sterk kasteel in Drechterland, bij Wijdenes; in 1282 trok hij andermaal ten strijd tegen de D. F., en gaf hun in twee ontmoetingen (eerst bij Schellingwoude en daarna bij Hoogwoud) de nederlaag. Onder de vele gevangen genomene D. F. was er een, die, om zijn leven te redden en op vrije voeten te komen, zeide, aan Floris de plaats te zullen aanwijzen waar koning Willem begraven was. Het dus gevondene gebeente werd op last van Floris naar Middelburg overgebracht en daar in een koninklijk praalgraaf bijgezet. FlorislietnudeD.F.eenigen tijd ongemoeid; doch toen ze omstr. 1285 het hoofd weder begonnen op te steken, zond hij zijnen neef Dirk van Brederode ih genoemd jaar met eene sterke vloot derwaarts, en nu werden de D. F. voor goed tot onderwerping gebracht.