Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Arator

betekenis & definitie

christelijk latijnsch dichter, geb. in Ligurie omstreeks 490, gest. 556, was geheimschrijver en intendant der geldmiddelen bij Athalaric, den koning der Gothen. Hij heeft de Handelingen der Apostelen op rijm gebragt, welk werk hij (544) aan paus Viglius aanbood.

De dichterlijke werken van A. zijn te vinden in de -Bibliotheek der Kerkvaders”; ze zijn afzonderlijk uitgegeven door Otto Arntzenius (Zutphen 1769).

< >